Als een betekenisvolle ontmoeting tussen twee ezelsoren
Door Daniel Billiet
voor De Leeslamp, Brasschaat
Een beetje lezer kent Anne Provoost. Zij is immers de meest bekroonde Vlaamse jeugdauteur. Daarenboven werd haar werk vertaald in twintig talen. Vooral de roman ‘Vallen’ grossierde in bekroningen. De in Poperinge geboren Anne Provoost rijfde o.m. de Boekenleeuw binnen, Zilveren en Gouden Griffels, Gouden Uil 1995, 2009 Driejaarlijkse Cultuurprijs (de vroegere Staatsprijs) enz.
In 2022 verscheen haar debuutbundel ‘Krop’. In één pitchzin? Het proces van volwassen worden en verouderen en hoe de jaren je (ver)vormen en hoe de tijd en de bekommernissen in die tijd meer zijn dan decor maar ook actoren. De tijd waarin we leven kneedt ons maar we kunnen die tijd ook deels mee maken. Die veerkracht en opgave klinken doorheen het hele oeuvre van Anne Provoost.
Over de titel
Krop heeft meer betekenissen dan ik dacht! Het is uiteraard deel van het spijsverteringsstelsel, holte in de keel, gevoel van obstructie, bol van bladeren (krop sla) groentestronk, ongebuild tarwemeel…
Vogels houden voedsel in hun krop om hun jongen te voederen. Denk ook aan opsparen, opkroppen. De dichter heeft met de jaren veel opgekropt / voorgekauwd, moet het nu kwijt en voert het nu aan de lezer.
Kernachtiger als titel kan niet. Ik hoor in die ultrakorte, kernachtige titel ook echo’s van stop / flop / slop…
Hoewel je het woord zelf niet als negatief kunt duiden, kun je het woord niet echt liefjes uitspreken. In die zin is de perceptie eerder negatief getint dan positief en wellicht ook zo bedoeld, een waarschuwing.
Het woord ‘krop’ gebruiken we allicht het meest in de uitdrukking ‘een krop in de keel’ als we overmand worden door emoties (zowel negatief als positief).
Geen afgetekend narratief
De bundel werd niet onderverdeeld in afzonderlijke afdelingen. De 52, doorgaans lange gedichten, staan zonder ogenschijnlijk duidelijke ordening achter elkaar. In vergelijking met recente dichtbundels zoals ‘Oerhert’ (Astrid Haerens) en ‘Vervoersbewijzen’ (Tijl Duyts), is er een minder uitgesproken narratief.
Geen onderverdelingen, de gedichten volgen op elkaar zonder een duidelijke lijn. Alsof de dichter wil aangeven: zo gaat het er ook aan toe in het echte leven. Alles vloeit en tolt door elkaar, kleine gelukjes en grote drama’s, verrassende ontmoetingen, geboortes, dood…
Thema’s
Allerlei bekommernissen en onderwerpen buitelen over elkaar: de liefde, het moederschap, over het schrijven, het klimaat, de taal, sociale media, lichamelijkheid, de drie kinderen, de veerkracht van mensen, het doorgeven in de generaties, het verglijden van de tijd, afscheid, natuurrampen, angst, humor / ironie, relativering…
Die veelheid en verscheidenheid aan thema’s, die daarenboven vaak ook nog eens door elkaar dwarrelen in één gedicht, in combinatie met de complexe beeldtaal resulteren in een rijk gestoffeerde bundel, maar maken het de lezer niet gemakkelijk. Er valt heel wat te ontdekken in deze bundel. Iets waar de echte poëzieliefhebber uiteraard van houdt. Een dichter die de lezer uitdaagt om zijn/haar eigen mening te vormen zonder te veel voor te kauwen.\\
Anne Provoost heeft niet gekozen voor één dominante dichtstijl. De schrijfstijl is overwegend (ont)nuchter(end) parlando. Onmiskenbaar vormen de rijke beelden de ruggengraat van haar gedichten. Soms sprookjesachtig of magisch, of fantasierijke innerlijke monologen. Het is deze afwisseling die de lectuur van deze dichtbundel tot een taalrijk avontuur maakt want elk gedicht is een nieuwe, kleine wereld.
Je mag deze bundel eigenlijk niet in één ruk proberen uit te lezen, want dan is de kans groot dat je veel over het hoofd ziet. Savoureer de bundel gedicht per gedicht. Een tip? Een jaar bestaat uit 52,177457 weken. De bundel bevat 52 gedichten, dus voor elke week één gedicht.
...