Gazet Van Antwerpen, 12 oktober 2009.
Door Bénédicte Van Paeschen
Oneerlijke oorlog begint aan de keukentafel
Anne Provoost en Patricia Peeters zijn de echtgenotes van respectievelijk Claeys (stRaten-generaal) en van Hees (Ademloos). Aan hun keukentafel is het protest tegen Lange Wapper destijds gegroeid.
Weten jullie nog wanneer jullie het eerst hoorden over de Oosterweelverbinding?
Anne: We waren al jaren erg geboeid door stedelijke planning, een interesse die we hadden meegebracht uit de tijd dat we in de VS woonden. Het dossier van de sluiting van de Ring hielden we nauwgezet in de gaten. Toen de plannen voor het eerst openbaar werden, sprong Manu op de fiets en reed hij naar de haven. Toen hij thuiskwam, vouwde hij de kaart van Antwerpen open op tafel. "Hun plan is niet logisch", zei hij. "Die Oosterweelverbinding met Lange Wapper is géén goeie oplossing. Ze gaan de stad kapotmaken. Er is een veel beter traject mogelijk."
Patricia: Wim en ik gingen twee jaar geleden naar een vergadering over de Lange Wapper op Linkeroever. Op de meeste vragen die we stelden, kregen we geen antwoord: 'Waar is dat tracé juist gepland?' 'Welke gevolgen zal dat hebben voor het Sint-Annabos?' 'Hoeveel vrachtwagens zullen dagelijks over dat viaduct rijden?' We hadden drie maanden de tijd om te reageren op een bouwaanvraag. Dat hebben we gedaan. En om juridisch sterker te staan, hebben we de vzw Ademloos opgericht. De eerste publieke actie van Wim was tijdens de Antwerp Ten Miles op Linkeroever. Toen had hij een groot bord in onze voortuin gezet met 'LO zegt NO: geen autobaan door Sint-Annabos.' Hij dacht dat hij alle pers ging halen en dat ze daar met honderden naar zouden komen kijken. Maar dat gebeurde niet, en toen was hij héél ontgoocheld. (lacht)
Wat is jullie rol in de actiegroep?
Anne: Ik ben een klankbord. En ik probeer de stem van de straat te vertolken. Ik probeer Manu duidelijk te maken hoe zijn verhaal overkomt bij mensen die niet de bagage hebben die hij heeft. Ik speel advocaat van de duivel.
Patricia: Ik heb een half jaar loopbaanonderbreking genomen om voor Ademloos te werken. Ik bespreek met Wim welke acties we moeten ondernemen, werk mee aan de campagne voor het referendum, hou het overzicht over het budget, zorg voor de productie van de merchandising, werk samen met een aantal vrijwilligers aan de culturele acties en organiseer de benefietveiling bij Bernaerts op 22 oktober.
Anne: We zijn geen vrouwen die achter onze man aanlopen. Ik loop net van mijn man wég. Deze week geef ik twee lezingen in Genève, maar ik blijf vier dagen langer. Ik heb altijd gelachen met mensen die uit hun huis moeten vluchten om rust te vinden, maar nu overkomt me het dus ook.
Heb je nog tijd om te schrijven, Anne?
Anne: Het probleem is dat ik geen deadline heb voor mijn boeken. Terwijl er voor stRaten-generaal elke dag wel een deadline is. Als de telefoon begint te rinkelen, wat moet ik dan doen? Niet opnemen omdat ik met stoppen in mijn oor aan het schrijven ben? Omdat niemand Manu betaalt voor wat hij doet, ben ik de enige kostwinner in dit gezin. Wat ik verdien, gaat naar de strijd.
Patricia: Het stopt nooit, ook niet als de dag om is. Neem nu de slogan: 'Het BAM-tracé? Stem nee!' Die heb ik bedacht. Onze affiches met 'Stem de brug onder de grond' waren nét klaar toen de gemeenteraad besliste dat er over de tunnel niet kon worden gestemd. De volgende ochtend hadden we al een nieuwe slogan. Ademloos is een huis-, tuin- en keukenactiviteit. Maar dat is ook onze sterkte. Wij zijn sneller. Wim en ik bespreken 's avonds iets en 's morgens wordt het uitgevoerd. BAM heeft een gigantische structuur met mensen die allemaal hun fiat moeten geven, dat duurt langer.
Lijdt jullie gezin niet onder al dat actie voeren?
Anne: Mijn moeder merkte onlangs op dat we onze mooiste jaren aan het vergooien zijn. De kinderen zijn wat groter, we zouden op reis kunnen gaan of verbouwen. Manu zegt voortdurend 'het is bijna voorbij.' Maar dat hoor ik al vier jaar (lacht).
Patricia: Er zijn geen vrije weekends of vakanties meer. We zouden in juli een paar weken naar Spanje gaan, maar dat hebben we geannuleerd.
Anne:'s Ochtends om 4.30u hoor ik de krant in de bus vallen. Dan moet ik echt tegen mezelf zeggen: 'Néé, ik sta nog niet op, ik ga niét kijken wat er vandaag in de krant staat.'
Patricia: Ik word vaak 's nachts wakker omdat ik dit en dat nog moet doen.
Anne: Terwijl ik vroeger bij het patatten schillen nadacht over het volgende cruciale dilemma in mijn boek, denk ik nu na over cruciale dilemma's voor Oosterweel.
Hoe gaat het met jullie mannen?
Anne: Manu heeft stalen zenuwen.
Patricia: Wim ook. Maar we raken wel uitgeput.
Anne: We kunnen ook nooit langer dan 24 uur van huis zijn. Er kan veel te veel gebeuren, je moet altijd kunnen reageren. Een sociaal leven, dat hebben we al lang niet meer. Manu en ik hebben een motto dat we al geregeld herhalen: 'Over dertig jaar zijn we toch dood.' Dat klinkt heel pessimistisch, maar het is ook troostend. Onze kinderen, die leven dan nog wel, hopen we. Voor hen doen we het. En omdat het zo belangrijk is, maakt het niet uit dat het zo lastig is.
Patricia: Ik heb het gevoel dat we voor deze stad het verschil tussen dag en nacht kunnen maken. Létterlijk. Wordt het een stad in het licht? Of een stad in de smog, het lawaai en de duisternis?
Wat als de Antwerpenaar op 18 oktober massaal 'ja' stemt?
Patricia: Voor niks zal het nooit geweest zijn.
Anne: Op alle beleidsvlakken zullen hier lessen uit getrokken moeten worden.
Patricia: Maar het is heel moeilijk te voorspellen. Er wordt nu drie miljoen euro uitgetrokken om de mensen te overtuigen op de Lange Wapper te stemmen. Terwijl een goed project zichzelf moet verdedigen, zou je denken. En nadat ze al zoveel jaar zoveel miljoenen in de communicatie hebben gestoken. Het had een feest van de democratie moeten zijn. Maar het is oorlog.
Anne: Een unfaire oorlog, een bombardement eigenlijk. Er wordt met grof geschut gevuurd op een paar sukkels die vanuit hun huiskamer klokkenluiders proberen te zijn. Heb je dan niet héél véél te verbergen, vraag ik me dan af.
Bénédicte Van Paeschen